Theorie lessen bij DSOPM

Theorie, die toe te passen is in de praktijk! Leer meer over intervallen en akkoordenschema’s, waarom je een bepaalde song te gek vindt en een andere song juist niet, hoe schrijf je een gitaarriff op een bepaalde melodielijn?

Theorielessen worden op zaterdag gegeven in groepsverband en zijn onderverdeeld in niveau A, B en C. Niveau A is voor de gevorderde leerlingen, niveau C voor de beginners en niveau B zit daar tussen in. Daarnaast is het mogelijk om ook doordeweeks individuele theorieles te volgen, zowel via Skype als in real-life. Tijdens de intake-dag en na elke periode zijn er testmomenten waarbij we het niveau van de studenten in kaart brengen en in de gaten houden of er op schema wordt gelopen voor een eventuele toelating. Ook kijken we of een overstap naar een andere theoriegroep mogelijk is. Er zullen toelatingsexamens van verschillende conservatoria worden behandeld zodat studenten weten wat ze kunnen verwachten. De lessen duren 45 minuten. De lessen zijn ruwweg verdeeld onder twee hoofdonderwerpen: tijd en toonhoogte.

Hieronder vind je een begrippenlijst met de belangrijkste begrippen die worden behandeld tijdens de theorielessen.

Bij tijd komen de volgende onderwerpen aan bod: vorm en ritme. In deze lessen leer je:

  • De vorm van een popsong beter kennen en dit toepassen in je eigen songs
  • Op gehoor een vormschema maken
  • Alternatieve vormen voor de popsong uit jazz- en klassieke muziek kennen
  • Maatsoorten, toonduur, onderverdelingen en de notatie daarvan kennen en toepassen
  • Hoe je een ritmische dictee moet maken
  • Je eigen studieplan en oefeningen maken voor het tackelen van ritmische problemen

De overige lessen besteden we aan alles wat te maken heeft met toonhoogte en dat is nogal wat. Je leert in deze lessen:

  • Het westerse toonstelsel met de 12 tonen en de toonsoorten kennen en toepassen
  • Noten lezen
  • Wat toontrappen zijn en hoe je die kunt gebruiken
  • Toonladders kennen en toepassen (majeur, mineuren, kerktoonladders, pentatonische ladders en symmetrische ladders komen aan bod)
  • Intervallen herkennen op zicht en op gehoor
  • Akkoorden kennen en toepassen (drieklanken, vierklanken, toevoegingen en omkeringen komen aan bod)
  • Akkoordenschema’s maken op gehoor
  • Akkoordenschema’s en melodieën arrangeren en bewerken met stemvoering en modulaties
  • Hoe je een melodisch dictee moet maken
  • Dat wat je hebt geleerd, te gebruiken in het analyseren van bestaande muziek en het creëren van eigen muziek